| Homepage RW → Bibliotheek SHR → Zoekresultaat |
|
Aantal gevonden publicaties : 1 (uit: 551)
|
||
| ||
Klik op publicatie voor vergroting en meer informatie
| 1. |
|
db-nr: 95624
Document-nr: B-116 Titel: De Franse kaarten van Drenthe en de noordelijke kust 1811-1813 Auteur(s): Schroor, M.; Versfelt, H.J. Jaartal: 2001 Beschrijving: Voorwoord Met voldoening presenteert de Drentse Historische Vereniging ter gelegenheid van haar vierde lustrum deze atlas met topografische kaarten uit de Franse Tijd. Wij vertrouwen er op dat deze uitgave in een behoefte zal voorzien en voor in geschiedenis geïnteresseerden van waarde zal zijn. De veertig fraaie en zeer gedetailleerde kaarten die in deze atlas zijn opgenomen bestrijken het grootste deel van Drenthe, enkele aangrenzende gebieden van Groningen, Friesland en Overijssel en verder de gehele noordelijke kust van Friesland en Groningen. Het bestaan van de kaarten, die verborgen lagen in de militaire archieven te Vincennes (een voorstad van Parijs), is lange tijd onbekend geweest. Voor de 15 kustkaarten is dit de eerste keer dat zij in ons land getoond worden; van de 25 Drentse kaarten waren sinds het terugvinden ervan in 1970 al bij enkele archiefinstellingen fotokopieën aanwezig. De afbeeldingen van de kaarten in de atlas worden vooraf gegaan door een historische inleiding van de hand van ons bestuurslid Herman Versfelt en van de historisch-geograaf Meindert Schroor. De heer Versfelt heeft het project binnen onze vereniging gecoördineerd en heeft ook het benodigde onderzoek naar de ontstaansgeschiedenis van de kaarten in de archieven te Vincennes verricht. De heer P. Brood, Oud-Rijksarchivaris van Drenthe, heeft de concepten van deze teksten van zijn deskundig commentaar voorzien. De Drentse kaarten brengen voor ons het landschap in het begin van de negentiende eeuw tot leven, de tijd van vóór de industriële revolutie en vóór de grote bevolkingstoename en landschapsverandering in ons land. Drenthe was toen nog dun bevolkt; er woonden niet meer dan zo'n 41.000 mensen, Assen telde niet meer dan IIOO inwoners. Heidevelden en venen bedekten het grootste deel van de provincie. Die venen waren nog grotendeels ongeschonden, slechts op enkele plaatsen, zoals bij Hoogeveen en Smilde, was de ontginning op gang gekomen. In het meest omvangrijke veengebied, dat langs de oostgrens met Groningen, moesten de grootschalige afgravingen nog geheel beginnen. Over de heidevelden dwaalden de herders met hun schaapskuddes. De dorpjes, die temidden van die uitgestrektheid lagen, waren door zandwegen met elkaar verbonden; verharde wegen waren er buiten de dorpskernen nog niet. Wel waren al enkele kanalen, zoals de Drentse Hoofdvaart en de Hoogeveense vaart, gegraven. Het vervoer ging per schip, te voet of met paard en wagen. |
Laatste wijziging binnen getoonde publicaties: 19 maart 2022