KADASTRALE ATLAS VAN DRENTHE RUINERWOLD 1832

Kadastrale Atlas van Drenthe1832 Deel XIV Ruinerwold

Uitgave is uitverkocht, uiteraard ligt dit boek wel ter inzage in ons archief.

Uitgave Atlas Ruinerwold

De Kadastrale Atlas van Ruinerwold, deel XIV van de Kadastrale Atlas van Drenthe 1832, is uitgegeven door de gelijknamige stichting, waarin de Drentse Historische Vereniging, de Dienst van het kadaster en de openbare registers in de provincie Drenthe, de Provinciaal Historicus van Drenthe en het Rijksarchief in de provincie Drenthe participeren.
Het atlasdeel Ruinerwold is tot stand gekomen dankzij de grote inzet van de Stichting Historie van Ruinerwold. Het overnemen en controleren van de gegevens uit de Oorspronkelijk Aanwijzende Tafels (O.A.T.) en het invoeren hiervan in de computer is verricht door een werkgroep die zich volhardend en nauwkeurig van haar taak heeft gekweten en die bestond uit:
o Grietje Ter Haar-Groenewold Vedder
o Willem Nijstad
o Koob Pool
o Egbert Slomp
o Koob Tissingh
o Jacob van der Veen
o Annita Zanting-Benjamins
o Natascha Zomerhuis-Koestal.

De uitgave bevat gegevens uit 1832 en bestaat uit twee onderdelen:

- een overzicht van de percelen met o.m. de eigendomsgegevens, de grootte van de percelen en het gebruik hiervan
- het kaartgedeelte, op A3-formaat, te weten een overzichtskaart van Ruinerwold in de schaal 1 : 50.000, met daarnaast 22 detailkaarten, in de schaal 1 : 6.250.


Wat is de waarde van deze atlas voor het regionaal en lokaal historisch onderzoek?

Zonder overdrijving kan gesteld worden dat deze bron op allerlei terreinen van onderzoek zijn waarde bewijst. Vrijwel iedere onderzoeker die ooit van deze gegevens gebruik heeft gemaakt is zeer enthousiast over deze bron en de mogelijkheden die hij biedt. Het is de eerste volledig betrouwbare administratie van onroerend goed. Hij geeft de situatie 1832 weer, maar kan goed gebruikt worden voor onderzoek naar zowel vroegere als latere situaties.
Gegevens uit andere bronnen en andere perioden kunnen getoetst worden aan het kadaster, waardoor het mogelijk wordt beter gefundeerde veronderstellingen te doen.
Het is mogelijk om vanuit de situatie 1832 verder terug te gaan in de tijd, als het ware laag voor laag af te pellen en aldus het grondgebruik in vroegere perioden te reconstrueren.
Zo kunnen veranderingen en ontwikkelingen die zich in de loop van de geschiedenis hebben voorgedaan in gebruik van de grond en de bewoning zichtbaar gemaakt worden.
1832 (het jaar waarin het Kadaster is opgericht) is ook heel goed te gebruiken als uitgangspunt voor onderzoek naar latere veranderingen, die onder andere gevolgd kunnen worden in de verdere kadastrale administratie zelf.
O.A.T.'s (de lijst met de perceel-gegevens) en minuutplans (oftewel de 21 detailkaarten) lenen zich voor allerlei verschillende soorten historisch onderzoek:


- historisch-geografisch getint onderzoek naar bewoningsgeschiedenis en ontwikkeling van landschap
- onderzoek naar eigendom(sverhoudingen), gebruik en waarde van afzonderlijke percelen, bijzondere rechten op gronden en wateren
- onderzoek naar de ontwikkeling van de landbouw
- onderzoek naar de belastingen
- genealogisch- en familieonderzoek
- onderzoek naar de geschiedenis van een boerderij of een ander afzonderlijk gebouw
- onderzoek naar wegen en waterlopen
- onderzoek naar de geschiedenis van een dorp of nederzetting, waarvoor meestal bijzonder weinig literatuur en bronnenmateriaal voorhanden is
- veldnamenonderzoek
- bodemkundig onderzoek en landschapskartering.

De kaarten met de bijbehorende registers stellen de onderzoeker in staat diep door te dringen in lokale omstandigheden in het verleden op een manier die slechts weinige bronnen kennen. En naast een onderzoeksdoel op zichzelf vormen de gegevens een belangrijk hulpmiddel bij allerlei andere vormen van onderzoek.
De waarde van deze bron wordt allengs meer onderkend, hetgeen zich onder meer uit in de frequentie waarmee de kaarten door bezoekers van het Rijksarchief geraadpleegd worden.
Door deze bron in druk uit te geven wordt het gebruiksgemak aanzienlijk vergroot, waarvan weer een stimulans voor het onderzoek zelf uit zal gaan. Immers, het voordeel is dan dat men alle gegevens thuis heeft en niet elke keer het Rijksarchief behoeft te bezoeken.
Als bijkomend voordeel hebben de originele kaarten dan niet meer zoveel te lijden onder veelvuldig gebruik.
Bovendien is het formaat van de kaarten, 42 x 29 cm (A3) en de overzichtelijke rangschikking van de relevante O.A.T. gegevens heel handig in het gebruik. De atlas past gemakkelijk op de tafel en kaarten en gegevens kunnen eenvoudig naast elkaar gelegd worden.
Iedereen die wel eens met de originelen gewerkt heeft, weet hoeveel plaats die in beslag nemen.
Het grootste voordeel van de atlas is wel dat van de kaarten zo makkelijk een fotokopie te maken is. Een A3-formaat is op ieder apparaat te fotokopiëren. Die kopieën kunnen dan gebruikt worden in het onderzoek, bijvoorbeeld door deze in te kleuren naar grondgebruik of eigenaar of iets dergelijks. De atlaskaart blijft dan ongeschonden.
De uitgave van deze atlas betekent niet dat het raadplegen van originele kaarten en gegevens van het kadaster nu voor altijd overbodig is geworden. Dat zal afhangen van de aard en de gedetailleerdheid van het onderzoek dat men wil doen. Wie bijvoorbeeld de kadastrale veranderingen van een perceel na 1832 wil nagaan, blijft aangewezen op het oorspronkelijke materiaal in het Rijksarchief of het Kadaster.
Deze atlas is bedoeld als een hulpmiddel, niet meer, maar ook niet minder.


Grensvaststelling gemeente Ruinerwold

Het proces van grensbepaling van het grondgebied van de gemeente Ruinerwold dateert van 26 april 1822. Landmeter der eerste klasse A.C. Meijer, de schout van Ruinerwold Jacob Hendriks Brouwer en de aanwijzer Warner Pieters Luten zijn op die dag samen met de aanwijzers van de aangrenzende gemeenten Havelte, Ruinen, De Wijk en Meppel bij elkaar gekomen om de grenzen van Ruinerwold vast te stellen. Op 12 mei daaraanvolgend was het karwei geklaard.
Het proces-verbaal omvat vier artikelen, telkens de grens met één andere gemeente behandelend.

In artikel 1 gaat het om de grens met Havelte. Beginnend bij het punt waar Ruinerwold, Meppel en Havelte elkaar raakten werd een driekantige paal geplaatst bij de Wold Aa even ten noorden van de Tweeloërbrug. Vandaar liep de grens langs de noordzijde van de Leijsloot in oostelijke richting, totdat deze sloot in zuidelijke richting afboog en geheel op Ruinerwolds grondgebied kwam te liggen. Vanaf dat punt liep de grens langs een slootje, dat het land van Evert Meijne onder Havelte en dat van Jan Lambert Reijns onder Ruinerwold scheidde, tot aan de Oude Vaart en vervolgens door het midden daarvan in noordoostelijke richting totdat de Leijsloot weer gevolgd werd. Bij het land van Guigien Remmels uit Havelte en dat van Freerk Santing uit Ruinerwold eindigde de grens met Havelte.

Artikel 2 behandelt de grens met Ruinen. Tot aan de Wolddijk werd deze gevormd door de Leijsloot die hier in zuidoostelijke richting liep. Daarna werd de grens voortgezet door de sloot De Kraker genaamd en vervolgens door de Ruinerwoldse Aa en de Ruiner Aa. De grens maakte hier een bocht in westelijke richting en vervolgens in zuidelijke, in oostelijke en vervolgens weer in zuidelijke richting, zodat het grondgebied van Ruinen een uitstulping westwaarts maakte in het gebied van Ruinerweide. Het laatste stuk grens liep langs de Achterste Stouwe zuidwaarts tot aan De Wijk.

De grens met De Wijk in artikel 3 liep eerst langs een sloot westwaarts over de Koekanger Dwarsdijk tot aan de Koekanger Aa. Hierdoor werd het land van de weduwe Klaas Bos in Ruinerwold gescheiden van dat van A.L. Friessen in Koekange. Vervolgens volgde de grens een stukje de Koekanger Aa om daarna zuidwaarts af te buigen langs een stukje Boverhofweg en een sloot tot aan de weg langs de Hoogeveensche Vaart. De grens slingerde zich westwaarts langs het Oude Diep om Rogat heen om iets westelijk daarvan een sloot in noordwestelijke richting te volgen en bij het Kuipersdijkje uit te komen en even noordelijk daarvan bij de landen van J.R. van de Wetering en de grens met Meppel.

In artikel 4 wordt deze grens vastgesteld, grotendeels samenvallend met de Wold Aa tot net voorbij de Tweeloërbrug waar de grensvaststelling begon.


In totaal mat de grens een lengte van 35,530 kilometer, 11 ,224 km met Havelte; 7,328 met Ruinen; 11 ,383 met De Wijk en 5,595 met Meppel.

In de Tweede Wereldoorlog is de buurtschap Tweeloo geannexeerd door Meppel, hiervan is op de minuutplan van sectie E een aantekening te lezen (zie hieronder).

naar boven